Haarverzorging is al eeuwenlang een belangrijk onderdeel van schoonheid, maar de eerste kapsalons voor vrouwen ontstonden pas in de 19de en vroege 20ste eeuw. In deze periode ontwikkelden zich ook nieuwe technieken, waardoor kapsalons steeds populairder werden.
Van huis naar salon ( 17de – 18de eeuw )
Voor de 19de eeuw lieten de dames hun haar meestal thuis verzorgen door de bediendes of door rondreizende kappers. In Frankrijk werden kappers zoals Léonard Autié, de kapper van koningin Marie-Antoinette, erg beroemd hun kunstzinnige kapsels. In deze tijd waren pruiken en hoog opgestoken haar heel modern. Technieken zoals touperen en poederen werden vaak gebruikt.
De eerste kapsalons ( 19de eeuw )
De eerste echte kapsalons ontstonden in de 19de eeuw, toen vrouwen steeds vaker buitenshuis haarverzorging zochten. Een belangrijke ontwikkeling was de uitvinding van de marcel-waving door Francois Marcel Grateau in 1872. Dit was een techniek waarbij het haar met een heet ijzer werd gekruld, wat leidde tot de populaire, golvende kapsels van de Belle Epoque.
De revolutie van Martha Matilda Harper ( 1888 )
Een grote verandering kwam met Martha Matilda Harper, die in 1888 de eerste keten van kapsalons oprichtte. Zij ontwikkelde de Harper Method, een combinatie van haargezondheid en haarverzorging. Ze bood vrouwen de kans om als zelfstandige kapsters te werken. Dit maakte professionele haarverzorging toegankelijk voor veel meer vrouwen.
De elektrische permanent en moderne salons ( 20ste eeuw )
In de jaren 1920 en 1930 werd de permanent een grote trend. De Duitse kapper Karl Nes ser had al in 1906 een methode ontwikkeld om haar langdurig te krullen met een chemisch proces en verhitte rollers. In de jaren ’40 en ’50 groeide het aantal kapsalons, mede dankzij nieuwe technieken zoals haarkleuring en föhnen.
Vandaag de dag zijn kapsalons gewoon niet meer weg te denken, maar het is allemaal begonnen met pioniers die haarverzorging professionaliseerden!